Zondag 18 mei 10.00u, 4e Zondag na Pasen | Voorganger: ds. Niek Scholten

Tussen Pasen en Pinksteren is de Evangelielezing vaak uit Johannes. Prachtig, maar je moet er wél bij bedenken dat de woorden van Jezus uit deze gedeelten vóór Pasen, in de lijdenstijd, worden uitgesproken. Zo hier deze paar verzen, ná de voetwassing, aan tafel, en ná het ‘aanwijzen’ van Judas als degene die Jezus zal overleveren. Jezus spreekt er over zijn afscheid, ja, de kruisdood. Maar hij noemt het ‘verheerlijken van God’. D.w.z. het is wel een pijnlijke, maar geen smadelijke afgang. De ‘afgang’ is een inzet t.b.v. Gód. Er zal aan deze dood voorbíj iets tevoorschijn komen - ‘opstaan’, ‘opgewekt worden’ - waarvan je kunt zeggen dat het goede het kwade overwint, zelfs in een ogenschijnlijke nederlaag. De consequentie daarvan is dat er een nieuw gebod opstaat: ‘heb elkaar lief!’ Want dáártoe zijn mensen door deze verheerlijking van God in staat gesteld!